De voordrachten van Pake Jehannes Griek
Wanneer Pake Jehannes (op de foto zesde van links met pijp) behoefte had aan pruimtabak maar geen geld had, wendde hij zich tot de spelende kinderen bij het Saal: “Ga allemaal naar huis om een cent op te halen, dan draag ik straks iets voor.” De kinderen renden naar huis en kwamen meestal terug met een cent. Ook moeders en andere buurtbewoners haastten zich naar het Saal. Van de ingezamelde centen hield Pake Jehannes er zes achter voor zijn pakje pruimtabak; de rest strooide hij in het rond, wat voor veel opwinding zorgde.
Het publiek groeide, vooral toen het gerucht ging dat “de zoon van boer Albert een foto zou maken” – een zeldzame gebeurtenis. Toen iedereen verzameld was, begon Pake Jehannes. Hij koos willekeurig mensen uit de menigte of uit de buurt als onderwerp voor zijn voordrachten. Staand voor het Saal, met zijn blik omhoog en armen dramatisch geheven, begon hij te oreren:
(vertaling rechts) |
"O here god in het hemelrijk |
Een daverend applaus volgde. Simen (Slak) Krol, die vanwege een erfelijke spierziekte niet kon lopen, zat erbij op zijn stoel. Mensen waren niet snel gekwetst in die tijd. Bijna iedereen had tenslotte een bijnaam. Hij bereikte zijn roeibootje kruipend en had langs de oever vaste adressen voor een pruimpje tabak, een kopje koffie of soms een sigaar. De Jouster voetballers hadden voor zijn zoon Kees een karretje bij elkaar gespaard; pas zijn kleinzoons Johannes en Doetzen kregen een eigen vervoermiddel. Terug naar Pake Jehannes, die opnieuw Simen Krol als onderwerp nam:
“O Heare God yn ‘t Himelryk wat bin’ Jo gaven ûngelyk wêrom Simen Slak sa ‘n lekke skou en dokter Driessen in koets op ‘e dyk?” |
"O here god in het hemelrijk Wat zijn uw gaven ongelijk Waarom Simen Slak zo'n lekke schouw en dokter Driessen een koets op de weg?" |
Na het gebruikelijke ritueel vervolgde hij:
“O Heare God yn ‘t Himelryk wat bin’ Jo gaven ûngelyk wêrom is Dútske Marie sa mollig en Berber in libbend lyk?” |
"O here god in het hemelrijk |
Het publiek lachte luid. Ondertussen kwamen arbeiders van de Keverling-fabriek naar buiten om aan de overkant van de sloot mee te luisteren. Pake Jehannes greep zijn kans:
“O Heare God yn ‘t Himelryk wat bin’ Jo gaven ûngelyk wêrom sit Koopie yn ‘t stjonkende Saal en Keverling yn in prachtich fabryk?” |
"O Here God in het hemelrijk Wat zijn uw gaven ongelijk waarom zit Koopie in het stinkende Saal En Keverling in een prachtige fabriek?" |
Gejuich en applaus klonken van beide zijden van de sloot. Koopie, die normaal nooit buiten kwam, stond nu in de deuropening. Ze was een alleenstaande moeder met veel kinderen, wonend in het Saal zonder ramen, alleen hoge pakhuisruiten. In die tijd bestond er nog geen bijstand, en de armenzorg bleef onveranderd; het Saal bleef bevolkt door straatarme Jousters.
Pake Jehannes besloot met:
“O Heare God yn ‘t Himelryk |
"O Here God in het hemelrijk |
Intussen was fotograaf Ybele Jelsma bezig met zijn toestel. Simen Krol werd met stoel en al naar de fotograaf gedraaid, die de hele groep opstelde voor de foto. Zelfs Koopie en haar dochter Oale staan erop!
Als je die foto bekijkt, zie je dat Pake Jehannes veel belangstelling trok. Eén ding is zeker: hij had zijn pakje pruimtabak dubbel en dwars verdiend!